08 mei 2014

De Uitglijer van Hergé

In het kader van De Uitglijer gaan we naar de periode van voor de Tweede Wereldoorlog. Het betreft hier een icoon van jewelste alhoewel men zich er bij aanvang niet van bewust was dat dit album en de rest van de reeks een miljoenenbusiness zou worden. Hergé mocht zich verheugen in een leuke klus en die was het aankleden met een strip van de wekelijkse jeugdbijlage van het Franstalige Belgische dagblad Le Vingtième Siècle: Le Petit Vingtième. Een vingeroefening werd snel ter zijde geschoven en Hergé richtte zich op het succes van de padvinder Totor die hij eerder tekende voor Le Boy Scout Belge als serie. 
Dat succes was de reden waarom hij die Totor een pofbroek, een hondje en een beroep gaf dat hem in staat stelde te reizen. De reporter Kuifje was geboren en na zijn weergaloze succes in de Sovjet Unie volgen als snel Tintin au Congo (1931) en Tintin en Amérique (1932). 

Nu zijn deze boeken niet van smetten vrij. Hier wordt niet gedoeld op het weergeven van stereotypen of zelfs zwaar discriminerende situaties. Ook het dierenleed dat per pagina is te bewonderen in de Congo is niet het doel. Nee, het is de soms rare verschuiving van de stroken die kunnen leiden tot fronsend lezen. 
(klik erop voor een vergroting)
Neem nu bladzijde 93 van een heruitgave van En Amérique uit 1939, in zwart-wit en vier kleurenplaten. 
Bobbie is door gangsters ontvoerd en Kuifje meent het huilende dier te horen. In de foute strook-schikking zien we onze held de trap op rennen richting het lawaai, bij de dame met kind binnenvallen en pas in de laatste strook opschrikken. Dat moet allemaal andersom. De onderste moet naar boven, dan de trapscène en dan de dame met kind.  Dit is wel het bewijs dat er steeds clichés gemaakt moesten worden van de originele tekeningen. Zo konden inversies ontstaan. Die inversies zijn er zelfs binnen de stroken. 
(klik erop voor een vergroting)
Neem de onderste strook van Les cigares du pharaon (1934) op bladzijde 80. 
Kuifje brengt twee zot geworden heren naar het krankzinnigeninstituut. In de eerste versie wordt Kuifje schijnbaar meteen op zijn woord geloofd en worden twee bewakers geroepen om het Kuifje-bevel uit te voeren de mannen in verzekerde bewaring te nemen. In de andere versie is de brief de aanleiding tot dit handelen. Dat dit de goede versie is bewijst het feit dat de softcovers dezelfde volgorde aanhouden. Schokkend is de inversie van De zwarte rotsen waar twee hele pagina's zijn verwisseld. Het maakt het verhaal niet duidelijker. Overigens zijn er verzamelaars van dit soort misdrukken, maar veel financiële furore maakt zoiets niet. Alhoewel de zeldzaamheid van En Amérique met de fout volgens het boek Tintin zwart op wit van Marcel Witmet hoog is, en die van De zwarte rotsen echter gelijk aan de andere uitgaven. In elk geval leuk om zo'n inversie in handen te hebben, ook al zou Hergé zich de haren uit het hoofd hebben getrokken bij deze Uitglijders. (HvK)

OPROEP: Mocht je een Uitglijer weten, laat het ons weten. Wij zoeken de achtergronden er wel van uit.

Hans van Klinken is freelance journalist en leest in zijn vrije tijd graag strips. Op de Incognito blog zal hij (on)regelmatig bijdragen leveren met De Uitglijer (rubriek voor strip-misstappen) en andere stripgerelateerde stukjes. 

Eerder publiceerde hij een Uitglijer over Guus Slim.

Geen opmerkingen: